zaterdag 24 oktober 2009

Het berispen (of terechtwijzen) van de wijzen















Spreken of zwijgen
Het is de heilige plicht van iedere christen om goddelozen op te roepen tot bekering. Maar God wil dat wij hierbij met verstand te werk gaan, bovenal de heiligheid van God en Zijn Naam voor ogen houdend. Zonder deze taak in zijn algemeenheid te verwaarlozen, zal de christen in bepaalde gevallen het zwijgen moeten verkiezen boven het spreken. In Zijn Bergrede[1] zei Jezus: “Geef het heilige niet aan de honden, en werp uw parels niet voor de zwijnen” (Matth. 7:6a, HSV). En later, bij de eerste uitzending van de twaalf discipelen, beval Jezus: “Als iemand u niet ontvangt en niet naar uw woorden luistert, vertrek dan uit dat huis of die stad en schud het stof van uw voeten” (Matth. 10:14, HSV). Liefde voor het verlorene en bewogenheid voor zielen mogen niet leiden tot het terzijde schuiven van deze en dergelijke uitspraken, net zo min als wij nimmer mogen vergeten dat alleen de Heilige Geest een ziel tot bekering kan leiden (zie Joh. 16:7-11). Al de eeuwen door, vanaf de zondeval, hebben de “predikers der gerechtigheid”, dienstknechten Gods, ook naar deze regels gehandeld.

Alleen spreken tot de “wijzen”
Al in het boek Spreuken lezen wij: "Wie een spotter terechtwijst, wordt bespot, wie een goddeloze de les leest, wordt belachelijk gemaakt. Wijs een spotter niet terecht, hij zou je haten, berisp een wijze, en hij mag je graag (SV: hij zal u liefhebben). Een wijze wordt nog wijzer als je hem berispt, een rechtvaardige vergroot zijn inzicht door wat je hem leert" (Spr. 9:7-9, NBV). Na kennisneming van de hierboven vermelde aanhalingen van Jezus zal ongetwijfeld niemand nog durven zeggen dat deze raadgevingen niet getuigen van de ware evangelische geest en gezindheid. Nochtans beschouwen velen ze liever als aanwijzingen voor het “gewone leven” dan als richtlijnen voor de Evangelie-arbeid. Deze woorden volgen op het bekende gedeelte van “het feestmaal der Wijsheid” (zie Spr. 9:1-6, SV) en, wat men al zou kunnen vermoeden, sommige tekstcritici vinden dat zij eigenlijk niet in het verband passen. Ze nemen daarom aan dat dit gedeelte daar, door een latere bewerker van het boek Spreuken, “ingelast” is. Als dit laatste wáár zou zijn, dan is dit naar onze opvatting toch ook duidelijk op aanwijzing en onder de leiding van de Heilige Geest geschied! Door toevoeging van de woorden van de verzen 7 t/m 9 komt namelijk de mogelijkheid veel sterker naar voren dat “het feestmaal der Wijsheid” ten laatste (en eigenlijk) een éénmalig profetisch gebeuren is, dat nog in de toekomst ligt, en niet alleen maar iets dat zich al de eeuwen door steeds weer herhaalt, wanneer mensen zich door de Goddelijke Wijsheid (d.i. de in Jezus verpersoonlijkte Wijsheid) laten onderrichten. De raadgeving: “Wijs de spotter niet terecht, maar BERISP DE WIJZE”, hoezeer die ook mag aansluiten bij richtlijnen die door Jezus voor het gehele Evangelie-tijdperk zijn gegeven, bepaalt ons ontegenzeglijk bij de “tijd van beslissing” die er, volgens het profetisch Woord, voor de wereld in de laatste dagen zal aanbreken. De tijd van “die vuil is, worde vuiler” (SV); “en wie heilig is, moet toenemen in heiligheid (HSV, zie – voor beiden – Openb. 22:11).

Een bijzondere bediening
Naar onze overtuiging zullen er – met name in de eindtijd – dienstknechten Gods, predikers, zijn die de opdracht “Wijs de spotter niet terecht, berisp de wijze” tot de inzet van hun bediening zullen maken. Daartoe zullen zij gedrongen worden door de Heilige Geest, Wiens taak het immers zal zijn in deze dagen een Bruid voor Jezus te vinden en toe te bereiden. Deze predikers, naar verwachting voornamelijk “herders” en “leraars”, zullen zich, naarmate de tijd vordert, meer en meer (op een – door God – gegeven ogenblik) uitsluitend bepalen tot degenen “die HOREN willen” (en dat zijn niet vanzelf allen die regelmatig ter kerke gaan, maar een déél van hen, namelijk de “daders van het Woord”). Uit hun gelederen zal de Bruidsgemeente eenmaal voortkomen.

De scheiding tussen “wijzen” en “dwazen”[2]
Wie is dan de “wijze”? Zoals al eerder werd aangegeven, de “wijze” is het kind van God dat zich door het Woord van God laat onderrichten. Dit Woord van God is als het “Woord der Wijsheid” of de “Logos” te vereenzelvigen met Jezus Christus, de Zóón van God. Als de Zoon van God wordt de gepersonifieerde Wijsheid dan ook beschreven in het voorafgaande hoofdstuk van Spreuken (zie 8:22-31). En Hij, Jezus, is Degene Die als de “opperste Wijsheid” (zie Spr. 9:1, SV) eenmaal dat in Spreuken 9 beschreven “feestmaal” zal aanrichten. Een feestmaal dat daarom, in de rijkste zin van het woord ”een feestmaal van het Woord” zal zijn. Niet ALLE kinderen Gods zijn “wijzen”. Dat zien wij vandaag-de-dag al en de Bijbel leert ons dat de Gemeente, tot op de komst van Jezus als Bruidegom, zal bestaan uit “wijzen” en “dwazen”[3] (zie Matth. 25:2), een onderscheid dat dus te maken heeft met het al of niet horen naar (d.i. het GEHOORZAMEN van) het Woord van God, het “Woord der Wijsheid”. “Berispen” of “terechtwijzen” (in de Statenvertaling en de NBG-vertaling staat: “bestraffen”) is in Spreuken 9 vers 8 (van de NBV) het werkwoord waarmee bedoeld wordt: het prediken van het gezonde, maar daarom soms ook HARDE[4] Woord van God! Alleen onder DEZE prediking zal de Gemeente eenmaal tot VOLMAAKTHEID komen (nodig om tot de Bruid of Bruidsgemeente te kunnen behoren – noot red.). De tegenstelling in Spreuken 9 is die tussen “wijzen en “spotters”, uitersten die juist in de laatste dagen sterk naar voren zullen treden (of: “heilig” en “vuil”, zoals er in Openbaring 22 vers 11 staat). De “spotters van de laatste dagen”, “die naar hun eigen begeerten zullen wandelen” (zie 2 Petr. 3:3, HSV), zullen hardnekkige ONbekeerlijken zijn. Over de “dwazen”, die binnen de Gemeente beschouwd kunnen worden als de “tegenvoeters”[5] van de “wijzen”, wordt hier eigenlijk alleen maar indirect gesproken. Waar de gelovigen die “dwaas” genoemd worden met de spotters gemeen zullen hebben dat zij zich niet serieus voorbereiden op de wederkomst van de Here Jezus Christus (vergelijk 2 Petrus 3:4), moeten wij echter vaststellen dat deze “dwazen” toch ook iets van de geest van de spotters zullen bezitten! Laat ons hier niet te licht aan tillen! De persoonlijke verantwoordelijkheid en de onmogelijkheid van terug te vallen op wat anderen bezitten in dat beslissende uur als de Bruidegom komt, worden zowel in Mattheüs 25 vers 8-9 als in Spreuken 9 vers 12 voor het voetlicht gebracht.

Geestelijke gaven
De predikers op wie de taak van het “berispen van de wijzen” zal rusten – en die daarom als instrumenten van de Heilige Geest gebruikt zullen worden om de zgn. “wijze-maagden-Gemeente”[6], de Bruidsgemeente, tot volmaaktheid te leiden – zullen, om zich ten volle van deze taak te kunnen kwijten, daartoe van de Geest van God ontvangen: “de gave van het woord der wijsheid” en “de gave van het woord der kennis” (zie Kor. 12:4 en 8), beide of één van beide. De eerstgenoemde geestelijke gave (die van het “woord der wijsheid”) dient om in de gelovigen – die waarlijk voor het Woord van God open staan –de ‘naar buiten tredende geestelijke edelheid en schoonheid’ te bewerken. De andere gave (van het “woord der kennis”) bewerkt in diezelfde gelovigen diep geestelijk inzicht. Uitstralende geestelijke edelheid en diep geestelijk inzicht zijn de twee voornaamste openbaringsvormen van de volmaaktheid in Christus. Het “woord der wijsheid” en het “woord der kennis” zijn, van de negen (in 1 Korinthe 12 vermelde) geestelijke gaven, de twee eerstgenoemde. Het is aannemelijk dat zij daarom ook als de twee belangrijkste moeten worden beschouwd en dat de gevolgtrekking mag worden gemaakt, dat pas als deze twee gaven in de Gemeente (weer) ten volle functioneren, ook de andere zeven weer in volle kracht en overvloeiende mate werkzaam zullen kunnen zijn! Zo geschiedde het ook in de Apostolische tijd (zie Handelingen, hoofdstuk 19).

Het feestmaal van het geopenbaarde woord van God
Zo, onder DEZE bediening van het “woord der wijsheid” en het “woord der kennis”, zal het straks geschieden dat “de wijze nog wijzer wordt” en “de rechtvaardige zijn (of haar) inzicht vergroot” (zie Spr. 9:9, NBV) of, zoals Openbaring 22 vers 11 zegt, dat “…wie rechtvaardig is, moet nog meer gerechtigheid doen. En wie heilig is, moet toenemen in heiligheid” (HSV). Dan zal de Bruidsgemeente tot de staat van volmaakte wijsheid, rechtvaardigheid en heiligheid geraken. Zoals ook uit vele andere Schriftgedeelten blijkt, hebben wij dit te verwachten ten tijde van de grote, laatste opwekking (de zgn. Late of Spade Regen-opwekking
[7]), die wereldwijd zal zijn. Wanneer nu dit komen tot de volmaaktheid in Spreuken 9 in verband wordt gebracht met het “feestmaal van de gepersonifieerde Wijsheid” (d.i. het feestmaal van, de persoon, Jezus Christus), lijdt het geen twijfel dat dit “feestmaal” zal samenvallen met de Spade Regen-opwekking. De “opperste Wijsheid” (zie Spr. 9:1, SV), Jezus Christus, zal in de Spade Regen-tijd een “feestmaal” aanrichten, die zijn weerga niet zal hebben gekend in de geschiedenis, namelijk “het feestmaal van het geopenbaarde Woord van God” (zie Spr. 9:1-6), dat uit zal lopen op het Avondmaal van de Bruiloft van het Lam”[8] (zie Openb. 19:9, SV). (Zie ook nog Spreuken 9:5! Vergelijk Spreuken 9:3 met Mattheüs 22:9-10 en Lukas 14:17-23)[9]. Wij verwachten de VOLLE openbaring van het Woord! Hoe nodig is het – gezien het (ver)gevorderde profetische uur waarin wij ons, in onze dagen, bevinden – dat wij ons NU reeds afvragen òf wij (wel) behoren tot die “wijzen” die “eten” van het Woord van God èn die onder de berispingen (of: de terechtwijzigingen) van dat Woord ervaren mogen dat zij toenemen in geestelijkheid en in heiligheid! Een ieder doet er daarom goed aan om acht te slaan op de vermaning van Micha (6 vers 9b) nu het nog GENADEtijd is: HOOR DE ROEDE (Gods) en Wie ze besteld heeft (d.i. Wie anders dan God Zelf)!” (SV)

HS[10]
  • Als onze (eindtijd)studies u interessant lijken, zouden wij het fijn vinden als u ook anderen op onze website en/of ons weblog (met 2 maal per maand een ‘nieuwsbrief’) wilt attenderen.
  • Zie voor meer Bijbelstudies onze website www.eindtijdbode.nl/
  • Nog niet alle studies staan op onze website vermeld.

[1] Zie eventueel – op onze website www.eindtijdbode.nl/ – de studie: De Bergrede (verschijnt binnenkort op onze website).
[2] Zie eventueel op onze website de studie: “De 5 wijze en de 5 dwaze maagden en hun eigen lotsbestemmingen in de eindtijd”.
[3] Zie noot 2.
[4] Met het “harde” Woord van God wordt hier bedoeld: ONaangenaam om te horen voor ons “vlees” (d.i. de oude, natuurlijke mens).
[5] Een tegenvoeter = Iemand die – qua mening en inzichten – “een tegenpool” is, of “tegen(over)gesteld” aan die ander.
[6] Zie noot 2.
[7] De zgn. Late of Spade-Regen-opwekking = De opwekking in de eindtijd vanwege de uitstorting van Gods Geest (zie Joël 2:23, 28-29).
[8] Zie eventueel op onze website de studie: “Door de Geest van God geroepen tot deelname aan het Avondmaal van de Bruiloft van Gods Lam en tot deze Goddelijke Bruiloft”.
[9] Lees vooral Lukas 14:17-23 in de Statenvertaling. Het gaat hier namelijk specifiek over het Avondmaal! Voor de geestelijke betekenis van dit Avondmaal, zie de studie vermeld bij noot 8.
[10] Studie van H. Siliakus. Uit: “De Tempelbode” van januari 1983. Enigszins bewerkt door AK.

Het berispen (of terechtwijzen) van de wijzen